Art 50
Vergeet-mij-nietje (Myosotis)

Heel NoordWest-Europa heeft aan deze plant dezelfde naam gegeven: Forget-me-not (Engeland); Vergissmeinnicht (Duitland); Ne m'oubliez pas (Frank-rijk); Forgaet-mig-ej (Zweden); Forglemm-mig-ikke (Noorwegen); Forget-mig-ej (Denemarken); Nontiscordardimé (Italiaans); ..... En dat in een tijd waar er van een "Verenigd Europa" nog bijlange geen sprake was! Er doen heel wat legenden en mythes de ronde over de herkomst van die naam, maar wat mij betreft zijn die allemaal kompleet naast de zaak, en pas achteraf als berationaliseringen aan het verhaal toegevoegd.

Er is hier in de eerste plaats sprake van een archetypies beeld, dat door het plantje werd opgeroepen, en dat in al die landen en talen hetzelfde was. Gaan we terug in Oude Tijden, dan was de Lente -en nog meer de "volle" lente van mei -periode waarin dit plantje zichtbaar wordt door te bloeien- een periode van aktiviteit en migratie. Na een hele winter "opgesloten" te zijn in hun hui-zen en boerderijen, kwamen de mensen terug buiten om te werken, naar werk te zoeken of naar hun werk te gaan. Deze kleine migratie bracht steeds een he -leboel ontmoetingen teweeg, van mensen die kwamen, en weer weg gingen. Uit sommige van die ontmoetingen ontstonden relaties; andere waren te kort -stondig om tot iets te kunnen leiden. Men mag ook niet vergeten (!) dat het bestaan in die tijden veel onzekerder was dan nu: wie op reis trok, wist niet al -tijd precies wanneer, en zelfs OF hij terug zou keren. De wegen waren onze-ker, de gevaren meer aanwezig, en ongeluk, ziekte of oorlog kon ongenadig toeslaan. Men nam dus van elkaar afscheid weliswaar mét de hoop, maar te-gelijk ook zónder de garantie elkaar terug te zullen zien.

Maar iedereen wil toch ook iets betekenen voor een ander; het leven is zo al efemeer en anoniem genoeg, dat een mensenleven iets te betekenen zou moe-ten hebben. Iedereen wil toch ergens die bijzondere persoon kennen met wie hij die speciale band heeft; iedereen wil toch een vriend of een geliefde kennen, die zich zal verheugen op zijn terugkeer. Daarom dus: ik ga nu weg, maar vergeet mij niet. Als het leven het wil, zal ik terugkomen. Maar vele sol-daten die naar het front trokken, kwamen nooit terug. En vele jongemannen die naar een andere streek trokken voor werk, bleven daar wonen en bouwden daar hun leven op.

Vele wachten op de terugkeer, en vele mooie verwachtingen zijn dus in de loop van die tijden nooit ingevuld geworden.Daarom is het Vergeet-mij-nietje in de bloemensymboliek als de bloem van de "eeuwige liefde" voorstellen, al een even grote ongerijmdheid. Niet alles wat kan, moet immers ook. Niet alles in het leven kan doorgaan, of tot iets blijvends uitgroeien. Sommige liefdes en ontmoetingen, zijn kortstondig, en worden afgebroken. Men zou kunnen zeg-gen "Vaarwel; dat het je goed moge gaan". Of men zou kwaad kunnen zijn en in tranen "Tot nooit meer" kunnen zeggen. Of men kan er zich van bewust zijn dat men elkaar niet meer zal weerzien, en een aandenken geven: een foto, een kleinood, een bosje vergeet-mij-nietjes. Van wat eens was, dragen we een herinnering in ons mee, die ons dierbaar is.

Want de tijd maalt onverbiddellijk verder, en brengt verwijdering, verlies of verval mee: alles vergaat; iedereen verdwijnt. Daarom de foto's als stille ge-tuigen, of dierbare objekten die de herinnering daaraan levend houden. Een fotootje uit China met "remmber me" in gebrekkig Engels op de achterkant geschreven. Het objekt dat zijn vader of moeder dagelijks gebruikte, en hen terug oproept. Een doos met speelgoeddieren uit zijn jeugd.

Dit verzamelen van herinneringen kan ook op twee manieren verkeerd lo-pen. Vooreerst: men geeft ALLES zo'n emotionele lading; ook aan gebruiks-artikelen die door gebruik kapot zijn, anonieme konsumptieprodukten die men gekocht heeft, of zelfs brol die men op straat heeft gevonden. Mensen die hun huis volstouwen met gerief, geven hiermee een onverwerkt leed of trau-ma te kennen. Ten tweede: men geeft aan NIETS een emotionele lading. Het huis ziet eruit als een lege, steriele ruimte waar geen enkele afval wordt ge-produceerd, maar waar ook niet wordt geleefd. Men is bang om afscheid te nemen, dus men hecht zich nergens aan, en leeft in een emotioneel vacuum.

Als ANALOOG KRUID past het Vergeet-mij-nietje dus bij het mens-type dat emotioneel en weemoedig van inborst is. Het Stier-wezen omarmt iedereen uit zijn omgeving die hij ontmoet: iedereen is mijn vriend! Nochtans zal men uit de veelheid toch moeten leren kiezen wie echt belangrijk is, en wat betekenisvol is om DIE over te houden en te koesteren. Men kan niet alles bij-houden; men moet ook leren loslaten. Het is geen toeval dat het Vergeet-mij-nietje is gekozen als symbbool van de Alzheimer-campagne: bij mensen met dementie worden letterlijk alle herinneringen gewist nog tijdens hun (laat-ste) leven.

Als COMPLEMENTAIR KRUID past het Vergeet-mij-nietje bij het menstype dat juist uit angst voor verlies of afscheid zich NIET hecht aan dingen en/of mensen. Ze willen bovenal de kontrole over hun leven en levens-loop behouden, en hebben een afkeer van klefferig emotioneel "gedoe"; ze be-houden het liefst enige afstand tussen henzelf en de anderen en proberen hun leven zo konstant en "normaal" mogelijk te houden (=volgens het "plan"). Omdat ze daarvoor oogkleppen en oordoppen opzetten, kan het Vergeet-mij-nietje hen helpen om beter te zien en te luisteren, want geneeskrachtig wordt het gebruikt als kruid voor de ogen en het gezichtsvermogen (conjunc-tivitis: oogontsteking), en voor de oren en het gehoorvermogen.